Akigoloké

deel 1 (september 1991)

Inhoud:

Inleiding
Cultuur & drempels
Anarchisme en geen therapie
Het belang van filosofie
Strategie
Geweldloosheid
Mensen van binnen en van buiten
Honderd-honderd
Ecologie
Ecologisch bouwen en wonen
Kinderen
Platteland of heuvelland
Landbouw
Economie
Impressies
Hoe verder

Inleiding
Dit boekje is bedoeld als uitdaging voor mensen die iets in beweging willen zetten. Bij zichzelf en in de wereld. Het is voor mensen die zich het lot van de wereld aantrekken en daar consequenties uit willen trekken. Voor hen die radicale actie willen ondernemen, zich daarbij volledig in willen zetten en hun krachten willen bundelen. Samen kunnen we veel bereiken. Kiezen voor een wereld zonder macht en zonder milieuvervuiling. Op zoek naar vrijheid, creativiteit en samenheid.

Er zijn de laatste tientallen jaren al flink wat golven radicale veranderingsgezinde mensen voorbij getrokken. Op het ogenblik is het vrij rustig. Jammer, want wat heerlijk was het om deel uit te maken van een grote beweging. Er wordt beweerd dat je zo'n golf niet zomaar kunt uitroepen. Tegelijkertijd kunnen wij ons niet voorstellen dat iets dergelijks vanuit het niets ontstaat. Er zitten mensen achter. Mensen die initiatieven nemen. Dit boekje is het initiatief voor een concreet project. Of onze ideeën een nieuwe golf van enthousiaste mensen in beweging zal brengen is natuurlijk niet te voorspellen.

In dit boekje vind je de plannen van een groep mensen die bij elkaar willen wonen, buiten de stad. Wij vinden de stap naar het platteland geen gemakkelijke. Want hoe organiseer je het zodanig dat landbouw en ander praktisch werk niet zoveel tijd in beslag gaan nemen dat je daar allerlei ander leuks, interessants en belangrijks voor zou moeten opgeven? Hoe zorg je ervoor dat je het contact met de buitenwereld niet verliest? Veel van die problemen denken we op te kunnen lossen door ons plan met een wat grotere groep op te zetten.

Op dit moment zijn wij nog met ons vijven. Meestal hebben we het over 'het dorpje' als we over onze toekomstige leefplek praten. Mensen met radicale ideeën, en vooral mensen met een radicale leefstijl, zijn schaars. Het vormen van een 'dorpje' is een om krachten te bundelen. Veel van wat wij willen is nieuw en dus hebben we behoefte aan een soort laboratorium: een kleinschalige situatie waar intensieve groei en uitwisseling van ideeën plaats kunnen vinden. Samen willen we werken aan een plek die ons de mogelijkheid biedt een leven te leiden zonder macht. Kernbegrippen daarin zijn: anarchisme, ecologie, veganisme en scepticisme. Je begrijpt dat we meer willen dan alleen een eilandje voor onszelf. Echte vrijheid is er immers pas als de hele wereld vrij is. Als alle mensen en andere dieren vrij zijn. Daarom vinden we het belangrijk dat ons project uitstraling heeft. Voor de buitenwereld, die er doorgaans nogal andere ideeën op na houdt dan wij, willen we niet vluchten. 

Met hoeveel mensen we daar uiteindelijk zullen wonen weten we niet. Twintig? Veertig? Zestig?

Een niet onbelangrijke vraag trouwens is of we zelf al ver genoeg ontburgerlijkt zijn om op een anarchistische manier met elkaar samen te kunnen leven. Reken er maar op dat als je besluit met ons mee te gaan doen je jezelf zal tegenkomen. Want anarchistisch opgevoed is geen mens. Onderlinge kritiek kan echter iets dagelijks én iets vrolijks zijn. Besluit je daaraan mee te doen en met die kritiek ook werkelijk iets te doen dan kan er heel wat met je gebeuren. Je kunt er zelf steviger van worden en ook de onderlinge verhoudingen kunnen er steviger van worden. En dat lijkt ons allebei nodig om zo'n project als dit van de grond te krijgen. Dus als je zin hebt in een actieve groep mensen die met elkaar woont, bouwt, actie voert, filosofeert, lol en muziek maakt, en als onze ideeën je werkelijk aanspreken, laat dan iets van je horen.

Cultuur & drempels
Er zijn nogal wat onderwerpen en keuzes die wij zeer belangrijk vinden. Daarmee willen we niet zeggen dat het DE keuzes zijn of dat dit DE ware lijn is. Maar het zijn wel keuzes waarvan we vermoeden dat ze het meest in de richting van een mooie aarde wijzen. Een aantal van die keuzes zijn een rechtstreeks gevolg van ons streven niet aan macht te willen doen en staan wat ons betreft niet ter discussie. We willen dat het dorpje zal bestaan uit mensen die achter deze keuzes staan. Op die manier houden we tijd en energie over voor al die dingen die we niet willen vastleggen en die al lastig, interessant en omvattend genoeg zijn. Voor mensen van buiten zullen die vastliggende keuzes er als drempels uit kunnen zien. Dat vinden wij geen bezwaar. Met degenen die over die drempels heenstappen hoef je het over een aantal dingen gewoon niet meer te hebben. Dat scheelt enorm. Hopen we. Voor mensen die onze meningen delen is er natuurlijk geen drempel. Voor mensen die het op een aantal punten oneens met ons zijn willen we de mogelijkheid openhouden ons op een of andere manier een tijdje van dichtbij te kunnen meemaken. Als experiment ronddolen in een proeftuin, in een andere cultuur, willen we niemand ontzeggen. Zodra het hen niet meer zint gaan ze gewoon weer terug naar hun eigen plek/cultuur. Of ze beginnen zelf een dorpje op basis van hun eigen ideeën Voordat we die drempels gaan noemen nog een opmerking. Zodra mensen dingen vast (lijken te) leggen wordt er door de buitenwereld gemakkelijk met het etiket 'sekte' (of iets dergelijks) gesmeten. Dat de 'andere kant' net zulke sekte-achtige kenmerken heeft schijnen de buitenstaandersters zich niet te realiseren. Een verschil is dat zij met velen zijn en denken de norm te zijn, normaal te zijn. Al dat normale is echter zelden bewust gekozen: tijdens de opvoeding en het omgaan met anderen is het zonder veel nadenken overgenomen. Wij vinden het van belang dat een aantal van die normaalheden heroverwogen wordt om er bewust voor te kunnen kiezen. Je moet bij dat bewust kiezen natuurlijk wel de zin voelen om tijdens je leven een soort tweede leven te beginnen. Ga je dus naar ons toe dan is dat zoiets als reizen en vreemde culturen meemaken. Denk er dan aan dat je dat doet op een manier zoals ook sommige antropologen te werk gaan. Om een goed beeld te krijgen proberen zij het leven van de te onderzoeken mensen zo weinig mogelijk te verstoren.

Dan nu die drempels waarbij we kort aangeven waarom ze ons zinnig lijken. Elders in dit boekje zullen sommige onderwerpen overigens dieper behandeld worden, en buiten dit boekje nog weer dieper. Voor dat laatste verwijzen we naar een paar boeken, geschreven door twee van ons (zie achterin).

  • Zin hebben in anarchisme. Bij 'anarchisme' denken we bijvoorbeeld aan 'zelfstandigheid', 'zelfontplooiing' en 'samenwerking op vrijwillige basis'. Een gevolg van het kiezen voor die dingen is dat er heel wat verwacht wordt van individuen en hun samen-op-leven.

  • Geweldloosheid zeer het nastreven waard vinden. Zowel voor het onderling samenleven als voor de houding naar de 'buitenwereld'.

  • Scepticisme! Daarmee bedoelen we een kritische onderzoekende houding. Niet met waarheden wapperen, het niet erg vinden ergens nog vraagtekens bij te houden. Dit is zeer ongebruikelijk in de wereld, kijk maar eens naar de aantrekkingskracht van astrologie, veel (natuur-)geneeswijzen, handleeskunde en andere zoete broodjes.

  • Veganisme. Vrijheid nastreven voor alle dieren. Meevoelen met de dierenwereld en bereid zijn daar vervolgens voor je dagelijks leven consequenties uit te trekken. Dus: geen producten gebruiken die afkomstig zijn van dieren.

  • Biologisch eten. Niet meedoen aan het vergiftigen van grond, planten, insecten, vogels enzovoort. Het politieke aan het alledaagse koppelen.

  • Geen enkel genotmiddel gebruiken. Zegt iets over of mensen zichzelf willen zijn.

  • Geen make-up en andere verhulling. We willen dat mensen zichzelf bloot geven, we willen openheid. En net als bij het vorige punt: we ruiken liever onszelf dan een fabrieksproduct.

  • In het geheel niet hechten aan uiterlijk. Dit staat er niet alleen in het verlengde van het vorige punt, maar ook omdat waarde hechten aan bepaalde uiterlijkheden de basis/oorzaak is van racisme en seksisme. Waar het om gaat is of mensen alleen wat symptomen willen bestrijden of dat ze (veel) dieper willen gaan.

Tot zover de punten die wij belangrijk vinden en waar we in het dorpje niet aan willen tornen. Een aantal van deze punten is zoals gezegd in de rest van dit boekje verder uitgewerkt, een aantal ook niet.

Verder zul je nog onderwerpen tegenkomen waarvan we hopen dat die door iedereen die aan Akigoloké mee doet verder uitgewerkt gaan worden. In dit boekje zullen slechts de uitgangspunten naar voren worden gebracht. Het gaat om vragen als wat je allemaal onder een ecologische leefwijze verstaat en wat we kunnen doen op het gebied van ecologisch bouwen en wonen. Misschien is het een goed idee om met elkaar een 'Akigoloké deel 2' te maken, waarin we een aantal praktische aspecten verder uitwerken en met een plan van aanpak voor het project komen.

Het belang van filosofie
Wanneer we het over onze filosofie hebben dan bedoelen we daarmee grofweg twee dingen. Zowel onze methode van denken (denken over denken) als het nadenken over wat je allemaal kunt DOEN om van deze aarde een zo mooi mogelijke plek te maken. Wat de methode betreft: we houden van een bepaald soort scepticisme. Niet van het soort dat leidt tot een ongeïnteresseerd 'het maakt allemaal niet uit'. We houden van een leergrage kritische instelling. Mensen die alsmaar doorgaan met het stellen van nieuwsgierige vragen. Mensen die geen genoegen nemen met halve antwoorden, mensen die eigen-wijs zijn. Te vaak worden ideeën van anderen klakkeloos overgenomen en te gemakkelijk ook worden de eigen bedenksels als waarheden de wereld ingesmeten. Ons scepticisme is een houding van alsmaar doorgaan met het zoeken naar betere/ bevredigendere modellen om de wereld te verklaren en zo mogelijk te veranderen.

We hechten er veel belang aan om met filosofie bezig te zijn. Daar zijn verschillende redenen voor. Om te beginnen omdat we vinden dat het doen en laten bij mensen wordt bepaald door wat er aan ervaring, kennis en ideeën in hun hoofd aanwezig is. Filosofie is het gereedschap waarmee vat op die herseninhoud is te krijgen. Door te filosoferen wordt het mogelijk kritisch naar je eigen gedrag en overtuigingen te kijken en steeds meer zelf te gaan bepalen hoe je leeft.

Verder omdat mensen ten gevolge van het vermogen na te kunnen denken in staat zijn om hun omgeving (de natuur) verregaand naar hun hand te zetten. Dat heeft consequenties die niet altijd worden overzien. Niet zelden worden er fouten gemaakt en voltrekken zich grote catastrofes, oorlogen, milieurampen, enzovoort. Veel meer zouden mensen over de grenzen van het hier en het nu heen moeten gaan kijken, dat wil zeggen dieper gaan nadenken: filosoferen, vanzelfsprekendheden blijven heroverwegen.

Filosofie (waaronder logica) kan vervolgens erg nuttig zijn om beter met elkaar te leren praten. Als het ideeëngoed in je eigen hoofd een hoop tegenstrijdigheid bevat is dat op zich al niet prettig omdat dat bij jezelf tot besluiteloosheid en andere onprettige gevoelens kan leiden. Maar voor de communicatie met anderen is het al evenmin bevorderlijk. Van samenleven met anderen komt niet veel terecht als je niet boven water weet te krijgen welke tegenstrijdigheden er in je eigen ideeën zitten en welke tussen die van jou en die van anderen, en hoe je die vervolgens kunt wegwerken. Waar wij vanuit gaan is dat alle tegenstellingen tussen mensen uiteindelijk zijn te herleiden tot bespreekbare filosofische verschillen. Ons doel is dan ook te streven naar een gemeenschappelijke filosofie en te proberen het op alle punten die van belang zijn met elkaar eens te worden. Want punten die blijven liggen, is onze ervaring, komen vroeger of later toch weer aan de oppervlakte.

Een vraag die soms wordt gesteld is of ons streven het overal met elkaar over eens te worden niet tot saaiheid leidt. Maar waarom zou het tegendeel niet het geval zijn? Niet het uitspitten maar het laten liggen van meningsverschillen leidt tot vlakheid. Waar het ons om gaat is machtsverhoudingen en afhankelijkheid uit te bannen. Waar wij vanaf willen zijn de individualiteit-ontkennende-ideeën (seksisme, racisme, autoriteit). Wat overblijft zijn dan creatieve verschillen, stijlverschillen.

Het zal inmiddels duidelijk zijn dat we het oninteressant vinden wanneer mensen onze tamelijk uitgewerkte ideeën op een onkritische manier gaan overnemen. Dat mensen zelf nadenken, filosoferen en kritisch zijn is één van de belangrijkste uitgangspunten. Mensen die nogal volgzaam zijn en houden van theorieën die eigenlijk alleen door een sterk geloven overeind gehouden kunnen worden, zullen hopelijk al snel aangestoken worden door ons scepticisme.

Akigoloké zou een plek kunnen zijn waar mensen toekomen aan vragen die in de jachtige buitenwereld vaak blijven liggen. Een plek voor mensen die kiezen voor bezinning/verdieping. Misschien vergelijkbaar met de vroegere kloosters maar dan zonder preutsheid en bovendien radicaal atheïstisch. Het idee van een school of het geven van cursussen is dan ook een onderdeel van het plan.

Anarchisme en geen therapie
Wie anarchistisch is opgevoed mag het zeggen. Veruit de meesten van ons zullen nog moeten leren hoe het is om zonder macht en dwang met elkaar om te gaan en samen iets op te bouwen. Anarchisme is steeds met elkaar overleggen en alleen op basis van vrijwillige samenwerking met elkaar in actie komen. Zulk overleggen werkt alleen als iedereen leert goed met kritiek om te gaan. Dus zelf kritiek leert geven en leert kritiek van anderen serieus te nemen. Dat zal pas goed lukken wanneer iedereen ook leert zichzelf snel bloot te geven. Het is belangrijk om op ieder moment te laten zien waar je gevoelsmatig uithangt. Niet van dat grote-mensen-gedoe ten toon te spreiden.

Anarchisme werkt alleen als er openheid is en iedereen op tijd alles uit, alleen dan komt iedereen tot zijn of haar recht en lopen de spanningen niet op.

Anarchisme is een prachtig streven. Je kunt het je voornemen steeds alles te overleggen, je gevoelens op tijd te uiten en het beste te willen voor alles en iedereen. In situaties echter waarin mensen samen iets proberen te ondernemen en daardoor op een heel intensieve manier met elkaar te maken krijgen, komt vaak toch weer vanalles aan burgerlijk en egoïstisch gedrag bovendrijven. Vaak blijken er toch nog steeds allerlei ideeën in je hoofd te huizen die niet vrij zijn van macht/onzelfstandigheid/afhankelijkheid. Ideeën die samenheid in de weg staan. We zijn allemaal kinderen van onze tijd. En vergeet de 'macht' der gewoonte niet. Het zou me niet verbazen wanneer al dit soort dingen in anarchistische groepen sneller naar boven komt dan elders. Want anarchisme is bloot, niemand kan zich achter een ander verstoppen.

Regelmatig zal het dus nuttig zijn om in je hoofd opruiming te gaan houden. Daar tijd in steken lijkt ons altijd de moeite waard. Gezien de toestand van de wereld lijkt ons dat ook hard nodig. Wij gaan er vanuit dat alles wat je in je hoofd hebt aan gewenste en ongewenste ideeën gewoon ooit eens is aangeleerd. En dat het niet zo is dat die ideeën zijn aangeboren zodat er niets meer aan te veranderen valt.

Mensen kunnen veranderen, maar, verwacht van ons geen kant en klaar antwoord op de vraag HOE een mens veranderen kan. Voor kant en klare methoden, allerlei therapieën, kunnen mensen op veel plaatsen terecht. Soms werpen die therapieën nog vruchten af ook. Volgens mij komt dat omdat mensen die voor zoiets kiezen alvast één heel belangrijke stap hebben genomen: de beslissing dat ze zelf iets willen gaan veranderen. Alleen vind ik het niet zo slim om de boel na die beslissing uit handen te geven door met een kant en klare therapie in zee te gaan. Ik stel iets anders voor: ga door met te verwoorden wat je zou willen, hoe je zou willen leven, hoe je zou willen zijn. Probeer daar samenhangende ideeën over te verzamelen. Fantaseer je ideale wereld, bouw je eigen filosofie. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. Dat begint bij de verwoording van je gevoelens. Stel daarbij hoge eisen aan jezelf: besluit dat je je altijd (altijd!) prettig wilt voelen; zeg dat je wilt dat het altijd gezellig en intensief is wanneer je met anderen iets onderneemt. Neem geen genoegen met minder, stel je actief op. Neem al je grote en kleine gevoelens serieus; leef prettige gevoelens uit en ga met de onprettige aan de slag, koester ze niet, hou ze niet overeind. Stel vragen, neem geen genoegen met halve antwoorden.

Door op deze manier te bouwen aan je filosofie ben je in feite bezig met het verwoorden van je idealen. Door daar veel mee bezig te zijn, daar veel met anderen over te praten, krijg je je ideeën helderder. Meer en meer zal het je lukken aan zo'n theorie een houvast te hebben en ermee op een kritische manier naar je eigen gedrag en ideeën te gaan kijken. Wanneer je dan nog ideeën tegenkomt bij jezelf die helemaal niet binnen je filosofie passen dan moet het niet erg moeilijk meer zijn ze gewoon weg te doen. Je begrijpt dat onze 'methode' alleen werkt als je het veranderen echt zelf wilt. Heel veel niet-kunnen van mensen blijkt als oorzaak een niet-willen te hebben. Alles bij elkaar krijg je met anarchistisch samenleven een hoop voor elkaar waar anders therapie bij nodig schijnt te zijn. Anarchie behelst dat je elkaar opvangt, verzorgt, maar kan natuurlijk niet garanderen dat je niet instort. Er zit veel onanarchistische geschiedenis in eenieder.

Strategie
Hoe pak je het aan als je de wereld wilt veranderen? Welke rol speelt het dorpje daar in? Hoe zorgen we ervoor dat we geen eilandje blijven?

Er zijn een aantal vragen waar je volgens ons niet omheen kunt als je de wereld wilt veranderen. De eerste vraag is: "wat is de oorzaak van de ellende; zijn mensen de dupe van een systeem of zijn mensen zelf een deel van de actieve motor van zo'n systeem?" Wij zien mensen zelf als de actieve overeindhoudersters van 'het systeem'. Uiteindelijk is 'het systeem' immers niet meer dan de optelling van een hele reeks individuen die stuk voor stuk kunnen besluiten binnen hun mogelijkheden alles aan te grijpen om de wereld te veranderen. Een volgende vraag is echter: waarom houden mensen een 'systeem' in stand dat in de wereld allerlei ellende veroorzaakt? Zijn (bepaalde) mensen gemeen of zijn ze 'alleen maar' dom? In beide gevallen komt daarna de vraag of dit aangeboren is of niet, en of het te veranderen is of niet. Als gemeen- of domheid niet is te veranderen dan heeft geen enkele poging tot wereld-veranderen zin (behalve hard voor elkaar wegvluchten, maar dat is moeilijk in zo'n volle wereld). Volgens ons kunnen mensen wél veranderen. Maar daaraan zit natuurlijk de vraag vast: hoe dan? De vraag hoe de wereld te veranderen is, is geen wezenlijk andere vraag dan de vraag hoe een individu kan veranderen.

Wat kunnen we met de woorden 'gemeen' en 'dom'? Bij 'gemeen' (niet willen) ga je uit van de mogelijkheid van 'goede' (niet gemene) en 'slechte' (wel gemene) mensen. Bij het antwoord 'dom' ga je dieper. Allerlei mensen (die op het eerste gezicht gemeen lijken) maken van de wereld om hen heen zo'n puinhoop dat ze zelf onmogelijk gelukkig kunnen zijn. Maar, ze weten niet beter; ze zijn immers 'dom'.

Met het woord 'dom' gooien is echter ook niet zo handig. Want domheid is niets meer of minder dan gebrek aan inzicht. Alle mensen hebben op vele momenten meer of minder last van gebrek aan inzicht, en dat valt aan te vullen. Door op basis van deze theorie te proberen de wereld te veranderen vermijd je vijandsdenken en schulddenken. Het komt er dan op aan om zoveel mogelijk ideeën en informatie te verspreiden. Om mensen aan te spreken op hun gevoel en op hun gezonde verstand. Hoe? Door prikkelende acties te verzinnen, boeken en tijdschriften te maken, gesprekken te voeren, en door daadwerkelijk aan een mooiere wereld te bouwen: veganistisch en biologisch eten, niet aan geslachtsindeling doen, niet aan 'rassen' en nationaliteiten doen, een ecologische wijk bouwen, een alternatief dorp beginnen. Onze strategie om de wereld mooier te maken is: verander in ieder geval op zo veel mogelijk punten zelf, wees consequent en laat in de volle breedte zien wat een mooi en vrolijk leven is. Bedenk daarnaast hoe je de wereld om je heen nog eens extra kunt prikkelen.

Kan er op anarchistische wijze niet méér dan deze toch wat kleinschalige veranderingspogingen? Ik denk dat er alleen méér kan wanneer er meer mensen anarchistisch zijn. Anarchisme is nog weinig verbreid en je kunt je afvragen hoe dat komt. Bij anarchisme komt het er op aan dat ieder individu voor zichzelf keuzes maakt. Het is daarom niet iets dat je kunt pushen. Bij andere ismen gebeurt dat vaak wel. Er wordt van alles bedisseld waardoor het lijkt alsof het bijbehorende isme wijd verbreid is. Grotendeels is dat schijn (zie hoe de geringe draagwijdte van het communisme in het Oostblok bloot is gekomen). Bij anarchisme is die schijn afwezig dus is de geringe verbreiding openlijk te zien. We willen geen dwang uitoefenen (vanzelfsprekend) en dus zijn we, of dat nu leuk is of niet, afhankelijk van wat mensen vrijwillig oppikken en bereid zijn te doen. Het lijkt me een kwestie van volhouden en zelf niet de moed verliezen. Laten zien dat er ontzaglijk veel kan veranderen, dat je ontzaglijk veel zelf kunt, onder andere in Akigoloké.

We hebben kortom een nogal eenvoudige opvatting van wat politiek bezig zijn is. Bij het veranderen van de wereld gaat het slechts om het veranderen van individuen, inclusief hoe die individuen met de wereld omgaan. Alles wat anderen 'structuren' noemen kaarten wij ook aan, alleen leiden die zogenaamde structuren in onze filosofie (in tegenstelling tot veel linkse analyses) geen eigen leven. Dat aankaarten willen we doen door onze manier van leven en onze filosofie openlijk naar anderen uit te stralen. Door de utopie te leven. En dat is iets wat je niet in de schoot geworpen zult krijgen, wees dus maar niet bang dat het niet zal opvallen. Naast het veranderen van individuen is er volgens ons niets méér mogelijk en is er ook niets méér. Het beïnvloeden van mensen die macht uitoefenen is op lange termijn niet belangrijker dan het beïnvloeden van mensen zonder macht. Voor het bereiken van een mooie wereld kun je niemand overslaan.

Door anderen wordt het woord politiek vaak geplakt op allerlei zogenaamde voorwaarden scheppende activiteiten. Voorwaarden scheppen opdat de massa's zich zouden kunnen gaan bevrijden? Wij vinden nu juist dat de voorwaarden voor individuen om te veranderen er altijd zijn en er altijd al waren. Er is immers geen systeem (wel gedachtes over een systeem).

Ook een invulling van politiek die de onze niet is, is de meeste-stemmen-gelden-politiek: de (parlementaire) democratie. Daar worden beslissingen er door een meerderheid doorheen gejast en vervolgens worden die beslissingen in feite met geweld opgelegd aan een minderheid. Geweldloos is het dus sowieso al niet. Meeste-stemmen-gelden vinden we geen prettige manier van met elkaar en met meningsverschillen omgaan. Oproepen voor de verkiezingen gaan bij ons retour afzender.

Beslissingen waar ook anderen de gevolgen van ondervinden die neem je samen. Je praat/filosofeert met elkaar totdat je een oplossing hebt bedacht waar iedereen zich in kan vinden. Anarchisme zonder dat mensen zin hebben in filosoferen is daarom niet denkbaar. Consensus betekent dat er niet over meningsverschillen wordt heengelopen. Het nemen van besluiten kan dan een interessante aangelegenheid zijn. Pas als je het met elkaar eens bent ga je samen dingen doen. Hoe meer je het met elkaar eens bent des te meer samenwerking en samenheid worden mogelijk. Het met elkaar eens worden en het streven naar een gemeenschappelijke filosofie vinden we dus ook daarom erg aantrekkelijk. Het is zelfs noodzakelijk. Want als mensen hebben we hoe dan ook met elkaar te maken en altijd zullen er dus punten liggen waar gemeenschappelijke beslissingen over genomen moeten worden. Komt er geen besluit omdat het ontbreekt aan goed overleg en overeenstemming dan wordt in de buitenwereld de beslissing via een ander mechanisme tot stand gebracht. Vaak via macht. En die kan vele gedaanten aannemen. Als er geen consensus wordt bereikt vinden wij dat er voorlopig geen besluit genomen moet worden. Of een minder ver reikend tijdelijk besluit dat alleen consequenties heeft voor degenen die het met elkaar eens zijn.

Eigenlijk is macht een lastig begrip. Waar het ons om gaat is het aankaarten van dwang en het zich daarbij neerleggen van grote massa's mensen die de verantwoordelijkheid voor beslissingen graag op anderen afschuiven. Machtsuitoefening lijkt niet mogelijk als daar geen voedingsbodem voor is in de vorm van een zwik meelopers. Eén enkel individu met de wens tot macht zal onmiddellijk in een isolement terechtkomen in een maatschappij waarin macht geen steun krijgt.

Wanneer we met overheden van doen krijgen dan willen we daar met open vizier naar toe stappen om te zeggen waarom we (bepaalde) regels niet willen volgen. Waar het ons om gaat is een open, vrolijke, en filosofische anarchie.

Geweldloosheid
Ideeën verspreiden, levenslust uitstralen, mensen proberen te inspireren. Die dingen staan bij ons bovenaan. Iedere vorm van dwang wijzen we af. Bovendien werkt dwang volgens ons niet. Echte veranderingen komen alleen tot stand wanneer mensen dat werkelijk zelf willen. De kans is heel groot dat mensen afgedwongen veranderingen vroeger of later weer zullen willen terugdraaien. Er zou dan opnieuw geweld nodig zijn om dat tegen te gaan. Geweld is een weg zonder eind.

Geweldloosheid roept vraagtekens op. Hoe om te gaan met een directe dreiging? Hoe te midden van die dreiging toch door gaan met de dingen waar je zelf voor kiest? Hoeveel aandacht moet je geweldgebruikenden geven? Hoe bereik je dat je niet mee gaat in het vijanddenken? Hoe ver kan je komen met een geweldloze strategie?

Geweldloosheid vereist een actieve instelling. We willen een filosofie van geweldloosheid en samenwerking verspreiden. Is het mogelijk dat onze ideeën aan het rollen gaan, de wereld over gaan? Hoe kun je andere mensen bereiken? Door mensen aan te spreken op hun gevoel? Er is geen mens die door en door slecht is dus er moeten aangrijpingspunten liggen. Of door mensen aan te spreken op hun rede? Er is geen mens die niet tracht denkbeelden enigszins te onderbouwen, dus ook met kritiek/ logica moet je een heel eind kunnen komen.

Geweld voegt alleen maar nog meer ongezelligheid aan de wereld toe. Met geweld reik je machthebbers slechts de hand om een even gewelddadig antwoord te geven. Het is jammer dat veel wij/zij denkenden zich zo weinig bezig willen houden met het fantaseren over een prettigere wereld. Het stugge wij/zij denken maakt een hoop kapot. Er schijnt soms gewoon behoefte te bestaan aan een duidelijk vijandsbeeld. Pas tegen de achtergrond van een gemeenschappelijke vijand voelen veel mensen zich nuttig, belangrijk en intens met elkaar verbonden. Valt de vijand onverhoeds weg dan blijkt dat er intussen weinig blijvends met elkaar is opgebouwd.

Mensen van binnen en van buiten
Wie of wat mensen zijn wordt voor honderd procent bepaald door iets wat je niet kunt zien. Dat is de herseninhoud, bestaande uit ideeën, ervaringen, kennis enzovoort. Als mensen goed naar hun gevoel luisteren en kritisch zijn hebben ze de mogelijkheid om aan die ervaringen, die kennis en die ideeën zelf van alles toe te voegen en te wijzigen. Dat is een menselijke vrijheid. Die vrijheid wordt rechtstreeks bedreigd wanneer mensen bepaalde gedragingen of eigenschappen krijgen toegedicht die zijn afgeleid van hun lichamelijke kenmerken. Soms wordt dat gedaan omdat mensen een voorwendsel nodig hebben om uitbuiting en onderdrukking van bepaalde groepen goed te praten. Vaak worden die eigenschappen toegedicht op grond van vooroordelen. Soms gaat het om cultuurbepaalde eigenschappen die statistisch inderdaad meer bij zus of zo mensen voorkomen. Maar in geen enkel geval is daaruit af te leiden dat die toegedichte eigenschappen aan bepaalde lichamelijke eigenschappen vast zouden zitten.

Ook geslachtsverschillen zijn lichamelijke kenmerken. Onze invulling van anti-seksisme gaat verder dan vrouwenonderdrukking bestrijden/opheffen. We kiezen ervoor om uit het hebben van bepaalde geslachtsdelen niets af te leiden, dus niet meer aan 'geslacht' te doen. Het op geen enkele manier proberen in te vullen. Het denken in geslachten helemaal weg te doen. Statistisch zal het weinig moeite kosten om aan te tonen dat eigenschappen als uitdrukkingsloosheid, ongevoeligheid en stoerheid vaker aan mannen zijn toe te schrijven en dat vrouwen vaker bedeesd zijn. Maar er zullen ook gevallen zijn waarin het precies andersom is. Geslacht zegt dus niks. We willen termen als 'mannelijk' en 'vrouwelijk' alleen gebruiken om elkaar onderling op oude gewoonten te bekritiseren. In die gevallen kan het heel verhelderend werken. Maar we vinden het seksistisch om geslachtsgebonden bewoordingen op een positieve manier te gebruiken.

Het invullen van antiracisme doen we op vergelijkbare wijze. Uit het hebben van een bepaalde huidskleur willen we niets afleiden. Het hele begrip ras kan overboord, rassen bestaan niet!

Minder ernstig maar niet fundamenteel anders vinden we het belang dat gehecht wordt aan wat mensen zelf nog met hun uiterlijk kunnen doen. Mode, sieraden, make-up, en ander uiterlijk gedoe, weg ermee! De aanduiding 'mooi' vinden we onbruikbaar wanneer het om mensen gaat. Het woord is alleen bruikbaar wanneer je er normen op na houdt over hoe iemand eruit zou moeten zien. Maar van zulke normen willen we nu juist af.

Samengevat: we vinden het discriminerend om een individu op grond van huidskleur, geslacht, kleur van de ogen, handicap, leeftijd of op grond van andere groepskenmerken als land van afkomst of nationaliteit, iets toe te dichten. Iets ophangen aan uiterlijk of afkomst is racistisch, fascistisch, seksistisch of nationalistisch. Dat alles staat lijnrecht tegenover onze filosofie.

Honderd-honderd
Wij leven veganistisch, wat er praktisch op neer komt dat we geen dierlijke producten eten, geen leer gebruiken, niet fotograferen, en geen huisdieren houden. Van dieren genieten doen we als ze vrij zijn, in de natuur. Het dorpje zien we als een plek om veganistische ideeën verder te ontwikkelen en te verspreiden. Onder andere door veganistische landbouw uit te proberen. Voor het niet gebruiken van dierlijke producten kun je heel wat redenen aanvoeren. Bio-industrie, mestoverschotten, het zure-regen probleem en veevoeder dat uit de derde wereld moet komen. Als je wilt kun je je gezondheid er zelfs bij halen. Toch zijn dat geen van alle redenen om helemaal met het gebruik van dierlijke producten op te houden. Ons hoofdargument is dan ook dat we het helemaal niet leuk vinden dieren dood te maken, op te eten of te gebruiken. Bij veganisme draait het om de vraag in hoeverre je meevoelvermogen is ontwikkeld naar andere levende wezens. En in hoeverre je bereid bent om uit die gevoelens praktische consequenties te trekken. We vinden dat er sprake is van macht wanneer mensen dieren gebruiken. Vrijwillig zouden dieren er immers niet voor kiezen om gebruikt te worden. De grootste vrijheid en maximale ontplooiing van ieder beest is maar op één plek gewaarborgd: in de natuur, in het wild. Daarom zien we ook het fenomeen huisdieren niet zitten.

Als het goed zit met hoe mensen met dieren omgaan is er hoop dat er ook naar andere mensen iets dergelijks is of kan ontstaan. Wij zien de mens als één van de diersoorten, en we vinden mensen op geen enkele manier beter, waardiger of hoger dan een andere diersoort. Volgens ons is het niet mogelijk om een scherpe grens te trekken tussen mensen en de andere dieren. Mensen zitten met een aantal eigenschappen opgescheept die je als voor- en nadelen kan ervaren maar zo heeft iedere soort zijn of haar specifieke eigenschappen. Giraffen kunnen bij de hoogste blaadjes, rendieren kunnen leven van alleen mos en gras, en mensen… De leukste eigenschap van mensen is misschien nog wel dat daar waar andere dieren er vaak niet aan lijken te kunnen ontkomen om in een hiërarchie te leven, mensen kunnen besluiten om het anders te gaan aanpakken.

"Geen slok, geen hap, geen cent voor de chemische spuiterij", zeggen we. Het bespuiten van de akkers kost vele insecten en andere dieren het leven. Als antwoord op dat probleem kun je 100% onbespoten eten. Het aanbod van biologisch voedsel in Nederland is zodanig dat dat zelfs eenvoudig mogelijk is. Op niet-voedsel gebied is het moeilijker om biologisch verbouwde producten te krijgen. Biologische katoen zit er aan te komen. Maar de plantaardige ingrediënten van natuurverf zijn bijvoorbeeld niet biologisch.

We hebben een boekje met kooktips gemaakt: honderuit honderd-honderd eten. Voluit kiezen voor 100% veganistisch en 100% biologisch eten. Het motto is: voedsel is de grootste berg van wat er per dag een huis binnenkomt. Als je dat weet dan begrijp je dat het veranderen van eetgewoontes zoden aan de dijk zet (zie boekenlijst achterin).

Ecologie
In het dorpje willen we leven op een manier die voor iedereen op de hele wereld mogelijk is, zonder dat dat leidt tot uitputting, vervuiling of aantasting van de natuur. Een manier van leven die in principe eeuwen lang zo zou kunnen voortgaan. We willen laten zien wat er allemaal mogelijk is op ecologisch gebied, laten zien dat het niet nodig is om te wachten op maatregelen van bovenaf. Nu al zijn er een hoop kleine dingen in ieders leven die, mits door veel mensen in praktijk gebracht, enorm gunstige gevolgen voor het milieu kunnen hebben: auto's boycotten, afval scheiden, hergebruik van materialen, biologisch en veganistisch eten, enzovoort. In het dorpje kunnen de mogelijkheden alleen nog maar toenemen. We gaan er ecologisch bouwen en we gaan er compost-plees gebruiken. We kunnen er veganistische landbouw gaan uitproberen. Wanneer we ons voedsel deels zelf verbouwen zal dat gelijk een hoop verpakkingsmaterialen schelen.

Bovenstaande betekent niet een 'terug naar de natuur'. Elektronische stencil-apparatuur in een uit stamp-leem opgetrokken ruimte met een windmolen ernaast, wat is daar verkeerd aan? Een nadeel van hi-tech is dat je er bijna vanuit kunt gaan dat je met het kopen van die spullen kapitalistische bedrijven steunt. Bovendien is de productie van hi-tech altijd een wereldomvattende onderneming vanwege de verscheidenheid aan grondstoffen die nodig zijn. Maar waarom zou dat aan de kapitalistische productiewijze zijn voorbehouden? Waarom zouden anarchisme en ecologie niet kunnen samengaan met verregaande samenwerking en dus ook met (een beetje) hi-tech?

We zijn niet bang van technologie maar we zijn ook niet bang om hele simpele (en slimme) ecologische oplossingen uit het verleden toe te passen. Simpelweg dingen achterwege laten en het streven naar eenvoud kan een grote ecologische (en esthetische) vooruitgang betekenen. We willen onbevangen keuzes maken en daarbij gebruik maken van kennis uit alle tijden, streken en culturen.

Ecologisch bouwen en wonen
Wij zijn op het moment betrokken bij het opzetten van een ecologische nieuwbouwwijk. Onze conclusie daaruit is dat er binnen de bestaande verhoudingen en regels in de nieuwbouw niet echt ecologische huizen gebouwd kunnen worden. In het dorpje willen we het allemaal anders aan gaan pakken. Veel meer ecologica. Om ervoor te zorgen dat het ecologisch gehalte van een project in de loop van de tijd niet ongemerkt verwatert kan het handig zijn om van tevoren voor ieder onderdeel (materialen, water, energie, afval, voedsel) af te spreken hoe ecologisch je ermee wilt omspringen. Hiervoor heeft men de vier-varianten-methode bedacht. Aflopend in milieu-vriendelijkheid kun je voor ieder onderdeel een keuze maken uit de varianten A, B, C of D. Variant D staat voor 'doorsnee', de gangbare situatie. Variant C staat voor 'correctie doorsnee': het voorkomen van de meest ernstige schade. Variant B staat voor het beperken van de schade aan het milieu tot een minimum. Variant A staat voor autonoom, de kringlopen zijn gesloten.

De meeste ecologische projecten zweven ergens tussen variant B en C in. Dat heeft aan de ene kant te maken met de weinig radicale wensen van de bewoners en aan de andere kant met de bestaande regels en met geld. Akigolokè zien wij als een project dat er op is gericht om variant A te verwezenlijken. Dat willen we voor elkaar krijgen door mensen met radicale wensen bij elkaar te krijgen, door aan de bestaande regels te tornen en door zelfwerkzaamheid. 

  • Voor bouwmaterialen houdt variant A in dat ze inheems en plantaardig zijn: bijvoorbeeld hout en stro. Ook leem kun je onder A rekenen. Het zijn grondstoffen waar weinig energie voor nodig is om ze als bouwmateriaal te gebruiken. Bij de winning van deze materialen wordt het landschap niet aangetast. Omdat hout en stro plantaardig zijn, zijn ze in feite oneindig voorradig, en met uitputting van de grondstof zul je dus niet snel te maken krijgen. Ook vallen ze onder A omdat ze tijdens het wonen niet nadelig zijn voor de gezondheid. Na sloop zijn ze weer prima her te gebruiken, en wanneer ze als bouw of sloopafval in de natuur terechtkomen veroorzaken ze geen schade. 

  • Voor het onderdeel water betekent A volledige zelfvoorzienendheid: geen inlaat van water uit andere gebieden, volledige zuivering van het afvalwater en het zelf maken van drinkwater. Waar we dus aan denken zijn compostplees en een plantenwaterzuivering.

  • Voor energie houdt A in dat je alleen bronnen gebruikt die zichzelf steeds weer vernieuwen: eb en vloed, wind, zon, waterkracht en hout. Milieu-problemen ontstaan wanneer er fossiele brandstoffen worden gebruikt. De verbrandingsgassen veroorzaken zure regen en het broeikaseffect. Bij het verbranden van hout komen natuurlijk óók allerlei gassen vrij maar doordat groeiende bomen die gassen weer opnemen is er toch een evenwicht. Waar we op energiegebied aan denken zijn: goede isolatie, stralingswarmte, een windmolen, zonneboilers voor warm water en het aanplanten van zoveel mogelijk bomen.

  • Voor afval betekent variant A volledige kringloop.

  • Voor voedsel komt het neer op de keuze voor biologische en veganistische producten die verbouwd zijn in eigen omgeving.

Kinderen
Ik heb er geen bezwaar tegen om milieu-problematiek en bevolkingsaantallen aan elkaar te koppelen. Mooi punt van actie zelfs. Gezien het aantal diersoorten op aarde is het niet logisch dat de mens zoveel ruimte inneemt. De mensheid vormt zo langzamerhand een plaag ten koste van de rest van de natuur. De oorzaken daarvan zijn grotendeels te vinden in hoe mensen leven. Maar ook wanneer iedereen ecologisch zou gaan leven, zou het ruimtebeslag dat mensen op de natuur leggen nog onevenredig groot zijn.

Het maken van de koppeling tussen bevolkingsaantallen en milieu is omstreden. Dat is begrijpelijk. Regelmatig gebeurt het dat mensen van bevolkings-aantallen problematiek bevolkings-groepen problematiek maken. Zo nemen sommigen het woord overbevolking in de mond als argument om buitenlanders te weren. Dat is racisme/nationalisme. En er wordt bevolkingspolitiek bedreven door in derde wereld landen vrouwen gedwongen te steriliseren. Dat is vrouwenonderdrukking/seksisme. Dat het onderwerp in een kwaad daglicht staat is dus begrijpelijk.

Wat we echter willen bereiken is dat mensen milieu gaan koppelen aan hun eigen beslissing of zij nog kinderen op de aarde willen zetten. Zelf kiezen we er voor om geen nieuwe kinderen te maken. En we willen dat als een duidelijk punt naar buiten brengen. We willen trouwens wel het idee wegnemen dat we iets tégen kinderen zouden hebben. Kinderen zijn juist leuk. Maar waarom moet iedereen perse zelf kinderen verwekken? Iedereen heeft van binnen een kind in zich en het is jammer dat volwassenen daar zo weinig van laten zien. Het kleine en kwetsbare wordt weggestopt. Hoe vaak 'nemen' mensen kinderen om het verlies aan eigen levendigheid goed te maken?!

Platteland of heuvelland
We hebben aardig wat ideeën en door middel van zo'n dorpje hopen we ze volop uit te kunnen stralen. Zo'n dorpje maakt van dat wat nu nog ideeën zijn iets tastbaars, het is een plek waar mensen langs kunnen komen. Door op het platteland te gaan wonen denken we méér van onze idealen in de praktijk te kunnen brengen dan wanneer we een project in de stad beginnen. Een deel van onze uitstraling zal puur zitten in het feit dat we met een aantal geestverwanten bij elkaar leven. Dat effect wordt op het platteland versterkt. Iets eigens opbouwen op een plek waar nog niets is komt veel duidelijker over. Op het platteland heb je al snel meer de ruimte dus kun je ook meer laten zien. Je kunt er aan zelfvoorziening doen, en het soort huizen dat wij willen bouwen lukt in de stad waarschijnlijk nooit. En niet te vergeten woon je op het platteland natuurlijk temidden van de natuur.

Verder stellen we ons af en toe de vraag of we eigenlijk wel in Nederland willen wonen. Waarom niet in Zuid-Frankrijk? Het klimaat is er veel lekkerder, de grond is goedkoper en je kunt er meer verbouwen. In Frankrijk heb je de ruimte, er is meer ruigheid en de nachten zijn er nog echt donker. Frankrijk is niet zo overgeorganiseerd als Nederland, met vergunningen zijn ze wat gemakkelijker en er zijn zelfs subsidies in de wacht te slepen. Alles bij elkaar dus een hoop redenen om direct te vertrekken. Maar er is ook twijfel. De keuze voor Frankrijk heeft een hoop consequenties voor de manier waarop je kunt uitstralen. Je eigen taalgebied zit je gewoon lekkerder. In Nederland zal het eenvoudiger zijn om voort te bouwen op discussies en politieke stromingen waar je bekend mee bent. Voor het uitstralen van onze ideeën zullen we het in Frankrijk waarschijnlijk voor een groter deel moeten hebben van mensen die langskomen.

Een andere mogelijkheid is om zowel in Nederland als in Frankrijk met een dorpje te beginnen. Je hoeft dan geen keuze te maken en we kunnen profiteren van de voordelen van beide.

Landbouw
Over de bestaande landbouw is weinig goeds te vertellen. Door de veeteelt is Nederland één grote dieren-gevangenis. Sinds de ruilverkaveling is alles zo grootschalig dat het landschap veel aan karakter heeft verloren. Houtwallen die zo belangrijk zijn als onderkomen voor veel dieren en bovendien brandstof leveren zijn grotendeels verdwenen. Op grote schaal wordt ingeteerd op het humus-gehalte van de bodem. Dit in combinatie met het gebruik van zware machines heeft veroorzaakt dat de structuur van de bodem sterk achteruit is gegaan. Kunstmest en pesticiden vervuilen het grondwater en maken samen met de mechanisatie dat de landbouw zeer energieverkwistend is geworden. Gesloten kringlopen zijn ver te zoeken.

Zoals al gezegd willen we experimenteren met kleinschalige, biologische, veganistische landbouw. In eerste instantie om voor onszelf groente, fruit en graan te verbouwen, en later misschien ook nog voor andere mensen. We willen proberen de mechanisatie zoveel mogelijk terug te dringen en willen een landbouwmethode kiezen die zo dicht mogelijk bij de natuur staat. Er zijn methoden waarin de bodem zoveel mogelijk onberoerd gelaten wordt. Bij veganistische landbouw wordt vanzelfsprekend geen dierlijke mest gebruikt. We willen naast groenbemesters en kompost ook menselijke mest gaan gebruiken. De beste manier om die mest in te zamelen is de compostplee. Omdat we ons bezig houden met zelfvoorzienende landbouw moet onze eigen poep genoeg mest opleveren. Gaan we ook voor anderen voedsel verbouwen dan wordt het moeilijker. De meeste mensen hebben een spoeltoilet. Daarin wordt een grote hoeveelheid schoon drinkwater verspild om bruikbaar materiaal weg te spoelen en daarmee vervolgens het oppervlaktewater te vervuilen. Een zeer ondoelmatig milieuvervuilend systeem dus. Om in de landbouw de bemesting in een gesloten kringloop onder te brengen zou iedereen een compostplee moeten hebben.

 

Economie

op een dag, vergat de bakster geld te vragen toen zij het brood verkocht

lachend deelde zij het brood uit aan de verbaasde mensen 

wat leuk zei de molenaar en hij gaf de bakster een zak meel 

wat leuk zei de boerin en ze gaf de molenaar een zak graan 

wat leuk zei de grondeigenaar en hij gaf alle grond die hij bezat weg aan de mensen die er gebruik van wilden maken 

vanaf die dag, vergaten mensen steeds vaker geld mee te nemen omdat geen mens er meer om vroeg 

vanaf die dag bestond er nog maar één soort economie: de kadootjeseconomie

waarom deden we dat niet eerder verzuchtten de mensen

we waren bang zeiden de mensen

we vertrouwden elkaar niet we wilden geld voor onze waar en waar voor ons geld

velen van ons dachten alleen aan zichzelf anderen wilden eerlijk ruilen

toen het egoïsme weg was en toen het wantrouwen weg was

toen iedereen door had dat het beste voor iedereen ook het beste voor ieder alleen is

toen vergaten we het geld en we vergaten eerlijk te ruilen

want cadeautjes stroomden onophoudelijk over en weer

(tekst van Rymke)

Geld is wantrouwen zou je kunnen zeggen, want geld is: voor wat hoort wat. Aan geld doen is er niet op vertrouwen dat mensen gezamenlijk een wereldeconomie zouden kunnen gaan inrichten. Een economie gebaseerd op vrijwilligheid en op het genoeg voor iedereen, is dat niet aantrekkelijk? Voor zo'n wereld is het nodig dat er veel meer wordt gefilosofeerd. De stimulans om mee te werken zullen mensen in zo'n wereld helemaal in zichzelf vinden. Dwang (geweld) of beloning (geld) zijn dan niet meer nodig. Het dorpje zien we als een proeftuin voor die wereld.

Hoe het in Akigolokè met geld zal gaan, is nog lang niet duidelijk. Bij ons staat samenwerking op basis van vrijwilligheid centraal dus daarbij speelt geld geen rol. Maar als je wat uit de buitenwereld nodig hebt? Misschien is het een goed idee om allerlei potten in te stellen waaruit gemeenschappelijke activiteiten betaald kunnen worden. Een experimenten-pot, een bouw-pot, een spaar-pot, een actie-pot, een pot voor gemeenschappelijk voedsel inkopen enzovoort. En wat is er te zeggen van een inkomstennivelleringspot waardoor iedereen altijd evenveel te besteden heeft?

Er is nog een andere kwestie: het naar buiten treden. Voor welke zaken ga je wel of geen geld vragen? Omdat het verspreiden van ideeën boven aan onze prioriteitenlijst staat, hebben we de neiging om daar niks voor te willen vragen. Maar omdat je voor een aantal dingen zelf ook geld moet betalen zitten daar natuurlijk grenzen aan.

Misschien zal het dorpje economisch gezien niet meer zijn dan een verzameling uitkeringstrekkersters. Uitkeringstrekkersters die nu verspreid zitten, wonen dan bij elkaar en vormen wellicht een steen des aanstoots. Dat kan flink wat kritiek uitlokken waar wij misschien gebruik van kunnen maken voor het uitdragen van onze ideeën. Want een belangrijk doel van Akigolokè is bijvoorbeeld blootleggen waar de huidige economie en regels onecologisch gedrag opwekken.

Impressies
Hieronder volgen een paar door ons gefantaseerde indrukken, alsof het dorpje er al is.

Rymke
Ik zit vandaag de hele dag binnen; het is erg lang geleden dat me dat 'overkwam'! Ik heb nog geen van de anderen gezien of gesproken vandaag, ook dat is ongekend! Akigolokè is wat dat betreft een wervelend sociaal gebeuren. Er gebeurt steeds zoveel, het is ongelofelijk. Ik vraag me af wat ik vroeger toch allemaal deed. Hier komt zoveel uit onze handen; het lijkt alsof ik vroeger in een soort wachtkamer heb gezeten. Maar dat zal wel overdreven zijn. Eén van de verschillen met vroeger is dat in dit dorpje alles politiek voelt. Daarmee bedoel ik: ook de allerkleinste discussietjes hebben zichtbaar te maken met het grotere geheel. Wat onze grote kracht is is dat meningsverschillen als filosofisch interessant worden beschouwd en dat ze door alle partijen uitgediept worden. Net zolang totdat er een oplossing komt waar we ons allemaal genoeg in kunnen vinden. Enkele dingen waar we mee bezig zijn: het tijdschrift 'Aardig', wat ook bedoeld is voor geïnteresseerde mensen buiten het dorpje; de oplage is de laatste tijd sterk gestegen! Landbouw- tuinbouw; ik doe er, zoals verwacht, niet echt veel aan, maar heb er toch wel plezier in. Lekker buiten bezig zijn, met elkaar. Of juist alleen. Muziek: vaak spontane sessies, die soms leuk zijn en soms wat rommelig. Laatst heb ik een sessie met kinderen gedaan, voor herhaling vatbaar! Verder met Weia samen optreden. Vaak in het dorpje, soms er buiten. Feesten: soms houden we echte feesten. De aanleidingen kunnen zeer klein zijn. Er worden lekkere dingen gemaakt en er wordt vooral veel getrommeld en gedanst. Steeds meer mensen krijgen de swing te pakken. Praten: zodra iemand daar behoefte aan heeft kan zij/hij een praatbijeenkomst voorstellen. Het lukt ons aardig om er voor te zorgen dat er geen vergadersfeer komt te hangen. Soms moet er echter van alles geregeld worden en dan worden bepaalde figuren extra wakker terwijl anderen juist slaperig worden. De vraag of dit een probleem is hebben we nog niet beantwoord! Logisch: voor sommigen is Akigolokè een plek waar ze zich tijdelijk bezinnen over hun leven. Dit lijkt me geen bezwaar. Hoewel het natuurlijk leuk is als mensen doorgaan met dat bezinnen en ervoor kiezen ook zo'n dorpje op te gaan zetten. Er zijn vergevorderde plannen voor een dorpje in Frankrijk. Wie weet kom ik daar ook nog eens terecht. Filosofie: we hebben een soort school opgericht, of een cursus of hoe je het wilt noemen. Eigenlijk raakt het direct aan ons tijdschrift 'Aardig'. Er zijn echter nogal wat mensen die vóór ze daarin schrijven hun meningen wat willen verhelderen en aanscherpen. Die hebben dan met één of enkelen van ons een speciale briefwisseling, waarbij we ze helpen hun mening te verwoorden en zichzelf te bekritiseren. Ook lezen ze bepaalde boeken en geven daar hun mening over. Eethuis: dit loopt goed, het is elke dag open. Iedereen die gezamenlijk wil eten kan dat dus doen met degenen die dat ook willen. Het is verleidelijk om er elke dag heen te gaan, want het is lekker eten en meestal is het zeer gezellig. Maar ik heb nu eenmaal rust nodig om geïnspireerd met eigen dingen aan de gang te blijven. Nog steeds heb ik een waslijst met schrijfplannen, Trouwens ook de pers begint ons project interessant te vinden, laatst een stuk in de Volkskrant: "Akigolokè, contemplatieve kloosterorde of rebellerende actiegroep?" Ze kunnen er niet meer omheen! Maar laat ik nu eindelijk eens gaan schrijven aan m'n nieuwe boek. Het gaat over, eh hé, wie komen daar aan? Ik hoor trommels, en een saxofoon, jakkus, volgens mij is het weer feest!!!

Weia
Er zitten altijd een aantal leukerds bij, de anderen overigens niet te na gesproken. De leukerds, degenen waarmee het extra klikt, degenen waarvan ik denk te voelen dat we ze weer terug zullen zien. Van de anderen weet ik dat niet, maar ik hoop van wel, en ik ben wel zo optimistischachtig om te denken dat het vast niet voor niets is geweest dat ze bij ons waren. Overmorgen (pas…) komt er een nieuwe club. Hoe zal ik het nu weer aanpakken? Van iedere 'cursus' leer ik voor de volgende. (Ik blijf het een beroerd woord vinden, hoewel de oorspronkelijke betekenis ongekleurd is. Er zit zelfs iets van 'hollen' in, een hoog tempo. Mag ik wel.) Maar nu ben ik extra benieuwd omdat het een gedegener toestand belooft te worden dan anders. In ieder geval hebben ze allemaal al een berg van onze schrijfsels achter de kiezen. 'Zelfstudie'. Nu zien of ze daar sceptisch mee om kunnen gaan, want aan niets heb ik zo het land als aan op een voetstuk gezet worden, en aan slaafse navolging. Ik hoop natuurlijk wel dat ze het begrepen hebben en dat we gezamenlijk tot iets extra's kunnen komen. Discussie ter verdieping. Ik ben alvast in m'n sas, want hoe abstracter hoe liever. En dat dan in dit dorpje, een project dat zo praktisch als de pip klinkt. Maar niet heus, want ik kan het toch niet laten. We, de vaste bewonersters vullen elkaar overigens best goed aan, en wat me nog meer zint is dat de verschillende interesses niet als een arbeidsdeling aanvoelen. Jij dit, dan ik dat. Jij doet zus, dan moet ik wel zo. Nee, we kiezen voor onze interesse vanuit dat er keuzeruimte genoeg is. Of zo'n keuzeruimte er zou komen konden we van tevoren niet voorzien. Maar we hoopten er natuurlijk wel op, en zullen dus zelf wel moeite hebben gedaan om die ruimte ook te maken. Ik dus dat abstracte in de 'Akademeia', en een deel van de muziek. Maar ook een eigen proefveldje voor verzamel-achtige tuinbouw en het doorgeven van kennis op het gebied van precisiebankwerken en typografie. Ik kan me zo ongeveer geen leukere combinatie wensen. Veel leuks voor mezelf, en bovendien komt m'n onverbeterlijke leraressen- neiging ruim aan bod. Vandaag wel moe. Het lukt nog steeds niet om met zo'n heel stel nieuwe mensen mijn hoofd rustig te houden. Nieuwe indrukken geven nieuwe aanzetten voor verwoordingen, theorieën. En altijd zijn er wel problemen waarmee ze aankomen en waar mijn niet alles omvattende levenservaring natuurlijk even geen aangrijpingspunten voor bevat. Volautomatisch gaat mijn hoofd dan aan de slag, en als de cursisten vertrokken zijn (al dan niet van een zoen voorzien) bén ik toch moe. Maar morgen ben ik uitgeslapen, en straks hoef ik niet te koken. En o ja, niet vergeten, vanavond het wekelijkse concert met Rymke. We hebben een leuke toegift bedacht!

Tieneke
Het grappige om steeds weer van oud-nieuwelingen te horen is hun absoluut niet hebben kunnen voorzien wat leven in het dorpje zou betekenen. Wat het in het allereerste begin zou betekenen, maar ook later, en ook als ze weg zouden gaan en weer (eens) terugkomen. Zelfs degenen die al na een paar dagen besluiten weg te gaan zeggen nog nooit in zo korte tijd zo vaak op het verkeerde been gestaan te hebben. Als allesallesalles ter discussie staat en je wilt allesallesalles richting anarchisme invullen dan blijkt dat heel wat gevolgen te hebben. Wat is er waanzinnig veel gepraat, gediscussieerd, gevraagd, geantwoord, en opnieuw gevraagd, doorgepraat, uitgepraat. Altijd hoor je wel iemand om je heen tegen een ander zeggen: "O ja, wat je gister zei, daar heb ik nog eens over nagedacht en ik vind dat… Gepraat, gepraat, totdat sommigen dat teveel werd en ze een keer een hele dag op een trom slaand om stilte verzochten. Iets wat weer voor weken stof opleverde, maar waarna er ook meer humor in de gesprekken opdook. Die humor bleek een van de peilers van het dorpje te zijn en keer op keer ook de redding uit een crisis, of die crisis nou door een opdringerige buitenwereld veroorzaakt werd of door misverstanden onderling. Alles aangaan, en tegelijkertijd ook lekker relativeren zonder iets weg te moffelen, dat sociale motto bleek te werken.

P'tje
Van het met kiezelstenen bedekte zandpad, dat kronkelend van de weg langs het Varenbos naar ons dorpje leidt, steeg een stofwolk op en daarin meende ik een bepakt menselijk wezen te kunnen onderscheiden. Hallucineerde ik? (Dat is bij mij een mogelijkheid bij zulk warm weer.) Of zou het Patla zijn, op wiens komst ik al een tijd hoopte? De brief die ik een tijd geleden aan hem verstuurde, en waarin ik me afvroeg wanneer hij zou komen, kwam weer in me op:

Akigoloké 1 mei 1999.

Ik zit na te denken over Akigolokè. Ik voel me heel tevreden, omdat we er met ons allen iets blijvends van maken. Ook al kost dat bij tijd en wijle een hoop energie en doorzettingsvermogen. Maar veel lijkt vanzelf te gaan, wat echter nooit zou gaan zonder de inzet van de mensen die hier wonen. Neem het restaurant: er wordt alleen gekookt wanneer genoeg mensen zich hebben ingeschreven (en zo kan het gebeuren dat er een dag of dagen achtereen niet gekookt wordt), en iedereen neemt haar eigen eet- en drinkgerei mee. Je hoeft dan alleen maar de keukenafwas te doen. Onregelmatig mondt het eten uit in uitbundig feesten, met heel veel muziek, pret en dansen. En dan sta je de volgende middag pas de afwas te doen. Trouwens terzijde: naast dat onze feesten vermaard schijnen te zijn, schijnen ook onze veganistische kookkunsten vermaard te worden. Ons dorpje is een wereldje op zich, in (maar ik zeg liever: "naast') de wereld waarin we haast allemaal opgegroeid zijn. Als ik voor een aantal dagen of voor een nog langere tijd ben weggeweest van Akigoloké en ik kom weer terug, voel ik steeds hoe belangrijk deze plek voor mij is. Hier is het waar ik me thuis voel, hier zijn de mensen waarbij ik mijn leven nog meer diepgang kan geven (al weet je dat ik van die periodes heb gehad, waarin ik het niet meer zag zitten en hier niets meer leuk vond. Het liefst liep ik dan heel hard en heel ver weg. Maar ja, jij weet dat voor mij ook geldt: al gaat het wegvluchten nog zo snel, mijn levenslust achterhaalt het wel.) Er komen nog steeds mensen hier naar toe. Gelukkig zijn er ook maanden dat je nauwelijks iemand ziet komen. Zowel voor de mensen die hierheen komen, als voor mij, betekent het veel met mensen bezig zijn, waardoor ik wel eens te weinig toekom aan andere dingen die ik graag alleen wil doen. Met sommige mensen ontstaat er iets blijvends. Soms blijven ze hier voor even of voor langer. Anderen gaan juist weg, omdat ze hier niet kunnen aarden. Te grote cultuurverschillen vooralsnog. Het dorpje is een heuse vrijplaats, waar bijvoorbeeld noch racistisch of seksistisch gedrag een plaats hebben, noch consumptiegedoe zoals roken en alcohol. Dat levert wel eens heftige discussies op, maar tot nu toe leverde het nooit problemen op. Mensen weten van tevoren waar ze naar toe gaan en wat daar voor hun aan vast zit. Vanuit verscheidene hoeken wordt ons soms dogmatisme of starheid aangemeten, maar dat zegt voor mij meestal meer over hoezeer liberaal denken is doorgedrongen in allerlei mensenhoofden dan over ons. Met onze veganistische landbouw en fruit- en notenteelt gaat het boven verwachting goed. De afgelopen jaren deed het meeste het heel goed en waren we daardoor weer minder aangewezen op de gangbare biologische teelt. We kakken ons bijna een hoedje op de compostplees, want onze poep en pies blijkt prima mest op te leveren. (We hadden de laatste paar jaar ook wel zeer goed weer (en dat in de tijd van het broeikaseffect!)). En zo kan ik nog wel blijven doorschrijven. Over de dingen en acties die we doen, de uitvindingen op zowel praktisch als filosofisch gebied, de pret, de problemen die bij tijd en wijle de pan dreigen uit te rijzen, al de leuke dieren, insecten, bomen en planten die om ons heen leven (vlak voor mijn deur heeft een mol een enorme molshoop opgeworpen!) enzovoort (…)' Ik schrok op uit mijn gedachten doordat twee handen mijn gezichtveld verduisterden. En een hoog piepstemmetje vroeg: "Wie ben ik?"

Michèl  (optimistische versie)
Als ik na al die jaren terug kijk op de periode dat ik hier woon kan ik niet anders zeggen dan dat ik tevreden ben. Ik ben nu bijna vijfendertig en voor het eerst leef ik in een situatie die aan al m'n wensen voldoet. Alle voor mij belangrijke dingen komen op deze ene plek bij elkaar. Politiek kom ik hier tot ontplooiing. Het is bevredigend om te zien dat het ons is gelukt en nog steeds lukt om een bijdrage te leveren aan het verschuiven van maatschappelijke normen en waarden in progressieve richting. Niet alleen op milieu-gebied maar ook op andere gebieden: arbeidsmoraal, gezinsmoraal, onderwijs, economie, consumptiepatronen, landbouw enzovoort. Ook sociaal kan ik m'n draai vinden. We zitten hier met een groep gelijkgezinde mensen die ik stuk voor stuk graag mag. Nooit hoef ik meer zoals vroeger van allerlei activiteiten af te zien omdat ik er geen leuk maatje voor kan vinden. Emotioneel kom ik ook aan m'n trekken. Er heerst hier geen zakelijke doelgerichte sfeer met als keerzijde van de medaille mensen die zich verschansen in relaties. Met het laten zien van gevoelens is niemand hier terughoudend. Het stereotiepe op één persoon gericht zijn is daarmee dan ook verdwenen. Ik voel me nooit alleen, ook niet wanneer m'n beste maatjes op vakantie zijn. Liefde, werk, politiek en creativiteit zijn hier geen gescheiden werelden. Het voelt alsof alles spelen is. Om me filosofisch verder te ontwikkelen heerst hier een optimaal klimaat. Gebeurtenissen of nieuwe ontwikkelingen worden spontaan geëvalueerd en altijd zijn er de 'lopende' discussies. Omdat ik me in het bijzijn van anderen vaak slecht kan concentreren op lees en schrijfwerk hoort bij dat optimale klimaat voor mij ook dat ik vaak alleen moet kunnen zijn. Ondanks het feit dat we hier in feite boven op elkaar wonen lukt dat. Dat komt volgens mij omdat we goed op elkaar zijn ingespeeld en we een aantal praktische zaken goed hebben geregeld. Ook niet onbelangrijk is dat je hier voor het hebben van sociale kontakten geen tijdrovende toeren hoeft uit te halen. Er is continuïteit. In de begintijd was het vaak een komen en gaan van steeds weer andere mensen. Heel vermoeiend. Maar nu is de groep opvallend vast van samenstelling. Daardoor zijn er interessante verbindingen ontstaan tussen mensen die elkaar anders misschien niet zo snel van dichtbij zouden meemaken. Prille ideeën die elders wellicht zouden sneuvelen worden hier vastgehouden, komen tot ontwikkeling en worden vaak wonder boven wonder nog uitgewerkt ook. Ons laboratorium werpt haar vruchten af. Wat me hier ook uitstekend bevalt en waar ik veel waarde aan hecht is de vrije indeling van tijd. Er gebeurt veel in de wandelgangen waardoor er niet onafzienbaar vaak vergaderd hoeft te worden. En als laatste: ik geniet van de prachtige natuur temidden waarvan we hier wonen. Wanneer ik maar wil kan ik naar buiten gaan om te wandelen of om in de groentetuin te werken en me weer eens lekker te bezinnen over alles. Als het aan mij ligt word ik hier oud.

Michel 
(oorspronkelijke versie die door de andere te negatief werd bevonden)

De stemming is al een paar dagen niet zo flitsend. Waarom we niet allang even bij elkaar zijn gaan zitten om het een en ander op te helderen is niet duidelijk. Iedereen heeft het druk met de open dagen en het feest van volgende week. Blijkbaar komen dit soort windstille perioden ook voor bij mensen die met elkaar hebben afgesproken dat over alles steeds op tijd zal worden gepraat. Het zal me niks verbazen als het straks plotseling weer leuk is, zonder te weten waar het nou aan lag. Een ding weet ik zeker, er is geen ruzie. Misschien zitten we elkaar te veel op de lip. En dat terwijl we de komende tijd juist nog zoveel samen moeten en willen doen! Soms is het gewoon moeilijk om aan stilstand een nieuwe wending te geven. Soms moeten dingen rijpen. Bij elkaar gaan zitten is niet ieder moment even vruchtbaar. Over zeer veel dingen in het leven zijn we het verregaand met elkaar eens. Dat is behoorlijk uniek voor zo'n grote groep en het leidt tot veel plezier en diepgang. Maar als er dan iets niet strookt, als er ergernissen zijn, dan gaan ook die meteen heel diep, bij sommigen al snel tot op het bot. Pas veel later zie je in dat ook dat probleem gewoon bespreekbaar was. Op het moment zelf raak je soms in vertwijfeling. Na de open dagen zal het opnieuw druk worden. We hebben een zomerkamp georganiseerd. Zo'n 20 à 30 mensen komen ons helpen om in drie weken tijd uit leem, hout en stro het complete casco van een nieuw huis neer te zetten. Ik hoop dat de mensen die dit jaar komen leuker zijn dan die van afgelopen jaar. Toen waren er een flink aantal die slecht door hadden waar we hier mee bezig zijn. Ook onderling hadden we toen trouwens problemen, over de taakverdeling. De mensen die het bouwen hadden georganiseerd waren er zomaar vanuit gegaan dat al die vrijwilligers in ons restaurantje zouden eten. Dat ging dus mooi niet door, want degene die daar vaak koken waren op vakantie en de anderen hadden geen tijd of geen zin. Het anarchistische principe dat iedereen alles kan leren en alles zou kunnen doen, was abusievelijk vertaald in dat iedereen dan ook altijd overal wel zin in zal hebben. We hebben er uiteindelijk stevig over gepraat en de conclusie was dat we, ondanks het gezamenlijke van ons hele project,  nooit moeten vergeten dat altijd het willen en niet het moeten van ieder individu het enige is dat telt. Sommige activiteiten oefenen op sommige mensen nu eenmaal meer aantrekkingskracht uit dan op anderen.  Sommige hebben dat bij bouwen, andere bij het schrijven van stukjes, weer anderen bij actievoeren. Geeft niks, zeggen we nu. Een aantal mensen heeft dat echt moeten leren accepteren, niet alleen dat het bij anderen zo zit maar ook bij henzelf. 
Het verschil tussen zomer en winter vind ik in dit dorpje merkbaar groter dan in de stad. Niet alleen omdat hier meer natuur is. Ook onze activiteiten zijn anders. In de groentetuin en op het akkertje is 's zomers natuurlijk sowieso veel meer te doen. Van sommige groenten hadden we dit jaar zo veel dat we op de markt zijn gaan staan om het te verkopen.  Dat was heel leuk. Ook houden we 's Zomers veel vaker feesten. Meer en meer beginnen we daar een leuke en geheel eigen vorm voor te vinden. Vooral de muziek waar bijna iedereen spontaan aan meedoet werkt heel goed. 's Zomers zijn er vaak mensen voor langere tijd weg. Dat betekent minder vaste mensen op het aantal gasten. Ik heb het daar niet zo op. Ik had verwacht dat de drang om naar het zuiden te reizen kleiner zou zijn nu we buiten wonen. 
Een paar 'werkweken', een soort vanalles-en-nog-wat-weken voor mensen die intensief met onze ideeën en leefwijze kennis willen maken, zijn niet doorgegaan. Ze komen nu in het najaar. Jammer, want door het uitstel is het voor een paar mensen die mij heel leuk lijken, niet mogelijk er bij te zijn. 
De winter is voor ons meer dan de zomer, een tijd van bezinning. De oorspronkelijke plannen om in de winter veel met cursussen te doen, komen niet goed van de grond. De cursussen die doorgaan zijn wel een groot succes, maar we zitten hier erg afgelegen en voor velen is het blijkbaar een bezwaar om hierheen te komen. Mij lijkt dan een onzinreden, maar blijkbaar werkt het zo. In de winter wordt er veel meer geschreven. Er verschijnen meer afleveringen van het tijdschrift en tegen het eind van de winter wordt er bijna altijd een boek of brochure gepresenteerd.  De winters zijn minder hektisch en daar kan ik erg van genieten. 
Wat niet aan seizoenen onderhevig schijnt te zijn is het aantal loge's dat hier verblijft. Sommigen spreken van stagiairs. Het zijn mensen die hier langere tijd zijn en die in bijna alle gevallen besluiten dat ze niet bij ons willen komen wonen. Ondertussen hebben ze ontzettend veel geleerd en wij niet minder. Misschien werkt het overdragen van onze ideeën via logees wel beter dan via de cursussen, want daarin is telkens te weinig tijd om echt de diepte in te gaan. Met de alternatieve camping zijn we gestopt. Er kamperen hier af en toe nog wel mensen, maar we zetten de mogelijkheid om hier te kamperen niet meer in ons foldertje. Er komen wat ons betreft te veel mensen op af die dingen doen die wij niet zien zitten. Dan gaan ze toch roken of ze hebben kaas in de tent. Wel doen we ieder jaar nog steeds het veganistisch kinderkamp. Filosoferen met kinderen blijkt mogelijk en is ook nog eens hardstikke leuk.

Hoe verder
Wanneer mensen dit boekje hebben gelezen zullen sommigen met een hoofd vol vragen, kritiek en aanvullingen zitten en daar iets mee willen doen. Wat hebben wij hen te bieden? Om te beginnen is er het postbusnummer (zie achterin). Laat van je horen, stel jezelf voor en geef eventueel een eerste schriftelijke reactie op onze plannen. Wij stellen een adressenlijst samen die we iedereen toesturen. Met die lijst kan iedereen aan de slag om met anderen contact op te nemen en bijeenkomsten te organiseren. Niemand hoeft te wachten totdat wij daartoe het initiatief nemen. We hopen dat er zich allerlei clubjes vormen die met elkaar aan de slag gaan en wat aan elkaar hebben. Die bijeenkomsten kunnen met iedereen of met een deel van de mensen zijn, het kunnen thema-avonden zijn, praatdagen, praatmeerdaagsen of vaste overleggen. En ze kunnen verschillend van inhoud zijn: over dit boekje, over andere boeken van Atalanta, over specifieke filosofische onderwerpen, over de toestand in de wereld, over hoe met elkaar om te gaan, over planning en organisatie, over ecologie, over acties, noem maar op. Het op poten zetten van het dorpje, binnen de grenzen die in het hoofdstukje 'cultuur & drempels' genoemd zijn, is een zaak van iedereen die mee wil doen. Verder denken we dat het project alleen iets stevigs en diepgaands kan worden wanneer we niet overhaast te werk gaan en we het geheel ruimschoots de tijd gunnen om uit te kristalliseren.

Dit boekje is overigens te bestellen bij Atalanta, Simon Bolivarstraat 95, 3573 ZK Utrecht, onder vermelding van 'bestelling Akigoloké deel 1'.

Verder is er het blad 'Aardig' dat wordt uitgegeven door Atalanta: een discussieblad over filosofie en het sleutelen aan de wereld en over Akigolokè. Naast discussie over uiteenlopende filosofische onderwerpen in het algemeen hopen we dat dit blad een afspiegeling vormt van de discussies die bij dit project naar boven komen. Iedereen die aan het project meedoet kan zich op het blad abonneren en zelf in het blad schrijven.

Michèl Post

September 1991